Gedicht Teun

Van Wijde verten glanzend zijn z’n ogen

in zijn door zon en wind verweerd gezicht;

de zwerver, wars van elke burgerplicht

en-meest alleen-gewend aan monologen

 

De kleuren van zijn doeken zijn bewogen

of monochroom verstild door ’n bron van licht,

die glanzend in ’t oneindig vergezicht

’t verbond van zee en aarde kan verhogen

 

Hij, die in bergen, langs rivieren, kusten

-uit heimwee naar de puurste harmonie-

steeds zwerft vergeet om in een vrouw te rusten

 

Soms keert hij terug naar zijn werkhut tussen bomen

als grillig eigenzinnig schilder die

natuur herschept tot beelden van zijn dromen.

 

 

 

Frans Babylon

Gedicht uit boek ter gelegenheid van

Teun Gijssens zeventigste verjaardag

op 7 februari 1980

© Copyright. Alle rechten voorbehouden.

We hebben je toestemming nodig om de vertalingen te laden

Om de inhoud van de website te vertalen gebruiken we een externe dienstverlener, die mogelijk gegevens over je activiteiten verzamelt. Lees het privacybeleid van de dienst en accepteer dit, om de vertalingen te bekijken.